Veel mensen met een hersenaandoening hebben last van ernstige vermoeidheid. Het kan een grote invloed hebben op je leven en op dat van je naasten. Hoe herken je het? En hoe kun je ermee leven?
Wat is vermoeidheid?
Iedereen heeft wel eens last van vermoeidheid. Maar mensen met een hersenaandoening kunnen veel meer vermoeidheid ervaren dan vóór hun aandoening.
Vermoeidheid is moeilijk te vergelijken. Iedereen voelt en ervaart het anders. Na een hersenaandoening kun je je anders moe voelen dan vroeger. Je wordt sneller moe bij activiteiten en je hebt langer tijd nodig om te herstellen. Je vermoeidheid heeft invloed op je dagelijkse activiteiten. Slaap laat de vermoeidheid niet helemaal verdwijnen: ook al slaap je veel, je kunt je nog de hele tijd moe voelen.
Kenmerken vermoeidheid
Veel mensen met een hersenaandoening zeggen dat ze (te) laat merken dat ze moe zijn. Pas als je klaar bent met je activiteiten, of wanneer je al heel erg moe bent. Soms heeft iemand in je naaste omgeving dan al wel kenmerken van vermoeidheid gezien. Deze kenmerken verschillen per persoon. Als je jouw kenmerken op tijd herkent en dan rust neemt, kun je voorkomen dat je vermoeidheid toeneemt.
Deze kenmerken komen vaak voor bij vermoeidheid:
- Je hebt last van hoofdpijn, vaak voelt het als een knellende band rondom je (voor)hoofd.
- Je bent sneller boos of geïrriteerd, of je huilt eerder.
- Je hebt problemen met concentreren en onthouden: je hebt je aandacht er niet bij, en onthoudt dingen daardoor vaak minder goed.
- Je hebt last van overprikkeling: je kunt bijvoorbeeld minder goed tegen geluid, drukte en/of licht. Al deze prikkels komen te ‘hard’ binnen.
- Je voelt je somber of gespannen.
Lees hier het volledige artikel.