Op 1 januari 2015 is de Jeugdwet ingevoerd; gemeenten zijn vanaf dat moment verantwoordelijk voor alle jeugdhulp, waaronder ook de jeugd-ggz. Vanaf 2018 gelden lokale afspraken, die gemeenten en zorgaanbieders maken over de wijze van toewijzing en declaratie van jeugd-ggz.
Dat schrijft GGZ Nederland, die met de publicatie van de ‘Basisset gegevenselementen jeugd-ggz 2018’ de gegevenselementen beschrijft, die GGZ Nederland zorgaanbieders adviseert om vast te leggen voor de jeugd-ggz voor toewijzing, facturatie, verantwoording en interne bedrijfsvoering.
Op landelijk niveau zijn hiervoor drie uitvoeringsvarianten ontwikkeld, schrift GGZ Nederland, te weten; een inspanningsgerichte-, een outputgerichte- en een taakgerichte variant.
Gemeenten en zorgaanbieders komen bij de inkoop van jeugd-ggz één van deze drie uitvoeringsvarianten overeen. Jeugdregio’s hebben de intentie uitgesproken om te werken conform de uitvoeringsvarianten. De keuze van de uitvoeringsvariant bepaalt de vast te leggen gegevens voor de toewijzing, facturatie en verantwoording. Voor de interne bedrijfsvoering is het van belang om – ongeacht de uitvoeringsvariant – dezelfde gegevens vast te leggen zodat zicht wordt gehouden op o.a. bezetting en kosten.
Lees hier het volledige artikel.