Gemeente bezuinigd soms meer op thuiszorg dan Rijk wil

Door onduidelijkheid van de nieuwe wetgeving over huishoudelijke hulp gaan veel gemeenten verder in hun bezuinigingen op deze thuiszorg dan staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid) lijkt te hebben bedoeld. Niet alleen verliezen veel hulpbehoevenden hun hulp zonder dat de gemeente hun situatie gedegen heeft onderzocht, ook sluiten sommige gemeenten, zoals Oosterhout, ouderen met een inkomen boven het minimum of met spaargeld uit van vergoeding voor deze hulp.

Dat is volgens de eigen gemeentelijke bezwarencommissie in strijd met de wet. Die stelt dat hulp beschikbaar moet zijn voor iedereen die dat nodig heeft, ongeacht inkomen of vermogen. Van Rijn vindt de randvoorwaarden van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO), sinds 1 januari van kracht, wel degelijk ‘helder en duidelijk’: gemeenten mogen hulp bij het huishouden niet zomaar schrappen zonder zorgvuldig onderzoek te doen naar de situatie van cliënten, zo schreef hij de Tweede Kamer.

Slordig opgeschreven
De brief is explicieter dan de wet, die op dit punt wat slordig is opgeschreven
Van Rijn schreef deze brief na een bericht in het tijdschrift Binnenlands Bestuur vorige maand over de zeker drieduizend bezwaarschriften die inmiddels bij gemeenten zijn ingediend over kortingen op huishoudelijke hulp. De staatssecretaris is het met de belangenorganisaties van ouderen en gehandicapten eens dat niet alle gemeenten de hulpbehoevenden volgens de regels bejegenen.

Lees hier het volledige artikel.