Fruitvliegjes met specifieke genetische mutaties verliezen het vermogen om te wennen aan terugkerende prikkels. Dit blijkt ook zo te zijn bij mensen met een autisme-spectrumstoornis (ASS) en die een afwijking hebben in dezelfde genen.
Nog niet eerder was de link tussen deze genafwijkingen en gewenning in autisme experimenteel aangetoond. Gewenning kan nu in diermodellen en bij mensen gebruikt worden om ASS beter te begrijpen, en de diagnostiek en behandeling ervan te verbeteren.
Gewenning als basaal leren
Het wennen aan terugkerende prikkels, ofwel habituatie, is een basale vorm van leren die bij mensen en veel dieren voorkomt. Gewenning helpt ons om onbelangrijke informatie te filteren en vormt een voorwaarde voor hogere cognitieve functies, zoals leren en onthouden. Het idee is dat beperkingen in deze gewenning ten grondslag liggen aan de symptomen van ASS en een aantal kenmerken hiervan kunnen verklaren. Experimenteel bewijs voor deze stelling is niet makkelijk te leveren, maar met behulp van de fruitvlieg is het gelukt.
Lees hier het volledige artikel.