DEN HAAG – Staatssecretaris Martin van Rijn (Volksgezondheid) vindt het een interessant idee om 750 miljoen euro extra vrij te maken om zo minder ingrijpend te bezuinigen op huishoudelijke hulp voor ouderen.
Dat zei Van Rijn vrijdag voorafgaand aan de wekelijkse ministerraad.
De Amsterdamse zorgwethouder Eric van der Burg opperde het idee ten behoeve van de aanstaande hervormingen in de langdurige zorg.
Hij wil het geld voor chronische zieken en gehandicapten in hetzelfde potje doen als het geld voor de awbz, waar onder meer de huishoudelijke hulp en de thuiszorg uit wordt betaald voor bijvoorbeeld ouderen. Op die manier ontstaat wat speelruimte om de scherpe kantjes van de bezuinigingen af te halen.
Van Rijn stelt dat het nog te vroeg is om het idee uit te gaan voeren, maar hij gaat er zeker goed naar kijken. ”Ik ga alle ideeën bekijken en op een rijtje zetten en dan stuur ik in maart een brief naar de Kamer. Daarna kunnen we er uitgebreid over praten”, stelde de staatssecretaris.
Oppositie
De bezuinigingen op de thuiszorg zoals die in het regeerakkoord staan opgenomen, behoren tot de maatregelen op het gebied van de langdurige zorg die de oppositiepartijen het meest tegen de borst stuiten.
Partijen als ChristenUnie en GroenLinks, die mogelijk nodig zijn voor meerderheden in de Eerste Kamer voor de zorgplannen van het kabinet, vinden die korting “niet realistisch”.
“Als je wilt dat mensen langer thuis blijven wonen en ook daar verzorgd worden, moet je juist investeren in de thuiszorg”, zo stelde GroenLinks-Kamerlid Linda Voortman eerder al tegenover NU.nl.
Gemeenten
Het belangrijkste aspect van de voorgenomen hervorming van de langdurige zorg, is dat gemeenten geheel verantwoordelijk worden voor de ondersteuning, begeleiding en verzorging van patiënten die nog wel thuis kunnen wonen.
Daarmee wordt deze vorm van zorg in plaats van een recht (awbz), een voorziening die valt onder de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (wmo). Zo hoopt het kabinet miljarden te besparen.
Bron: NUNL