Als de huisarts bij een kind met vage klachten, zoals buikpijn, braken en vermoeidheid, actief vraagt naar de aanwezigheid van *polydipsie (*veel drinken) en *polyurie (*veel plassen) zou hij de diagnose diabetes type 1 bij kinderen eerder kunnen vaststellen. Dat stellen kinderarts Marie-Louise de Sonnaville en huisarts Jessica Rodenburg in Huisarts en Wetenschap.
Bij kinderen is de diagnose diabetes de novo in de huisartsenpraktijk lang niet altijd eenvoudig te stellen omdat het kind vaak minder specifieke klachten vertoont, die ook zouden kunnen passen bij een onschuldige infectieziekte, een aandoening die bij kinderen zeer vaak voorkomt, schrijven beide artsen. Door het ontbreken van een landelijk gegevensbestand is niet bekend hoeveel kinderen exact in Nederland diabetes hebben. Men schat het aantal op 6000 kinderen van 0 tot 18 jaar. Met een incidentie van 18,6 per 100.000 kinderen < 14 jaar per jaar zal een huisarts gemiddeld eenmaal in de 25 jaar, dus eenmaal in zijn carrière, diabetes de novo bij een kind vaststellen. Snelle herkenning van dit beeld is echter van groot belang, omdat zich door een absoluut insulinetekort al snel een ernstige *ketoacidose (*ophoping van zuren in het bloed) kan voordoen, die potentieel fataal kan zijn.
Lees hier het volledige artikel.