Depressieve stoornissen worden niet altijd herkend bij patiënten met kanker. De diagnose is lastig, maar het is van belang om deze te stellen, want goede behandeling levert veel op. In drie bladen uit de Lancet-familie wordt op dit thema ingegaan.
Is dit normaal voor een patiënt met kanker, of niet? Dat is waar het om draait als het gaat om het stellen van de diagnose depressie bij patiënten met een maligne aandoening. Dat valt lang niet altijd mee, zegt gz-psycholoog Anneke van Wijk van het Helen Dowling Instituut (gespecialiseerd in psychologische zorg aan mensen met kanker en hun naasten).
‘Vermoeidheid, slaapstoornissen en moeizame concentratie kunnen door een depressie worden veroorzaakt, maar ook door kanker, of kunnen een bijwerking van de behandeling zijn. Hetzelfde gaat op voor angst en somberheid; die treden sowieso op bij mensen die de traumatische diagnose kanker te verwerken krijgen. Wij krijgen soms patiënten verwezen die ontroostbaar huilden op het spreekuur bij de oncoloog. Van wie wij later zeggen: ‘Dat was een normale reactie, geen stoornis’. Wij proberen het onderscheid te maken door te letten op die symptomen die meer specifiek zijn voor depressie, zoals veel gedachten aan de dood, de dood zien als uitweg. Of ernstige anhedonie, niet meer goed voor zichzelf zorgen, niets meer om het uiterlijk geven.’
Lees hier het volledige artikel.