De medicijnmarkt is zelf een beetje ziek

Medicijnen zijn bedoeld om mensen te genezen. Volgens Nobelprijswinnaar Joseph Stiglitz wordt dat proces belemmerd door intellectueel eigendom en patenten op medicijnen. Hoogste tijd om na te denken over een alternatief systeem. Maakt een Prijzenfonds, zoals James Love dat heeft gelanceerd, een kans? Daarin wordt de vergoeding gekoppeld aan het totale genezende effect van een medicijn. Een malariavaccin is dan ‘waardevoller’ dan een nieuwe variant van een al bestaand middel. Op 18 november organiseert het UMC St Radboud een symposium over dit complexe probleem, met James Love als een van de gastsprekers.

De Amerikaanse econoom Joseph Stiglitz schreef in 2006 een venijnig stukje in het British Medical Journal met als titel ‘Scrooge and intellectual property rights’. Stiglitz, die vijf jaar eerder de Nobelprijs voor Economie won, stelt zich de vraag of er in de geneeskunde ook een variant is te vinden van Ebenezer Scrooge. Zoals bekend houdt Scrooge, hoofdrolspeler in ‘A Christmas Carol’ van Charles Dickens, veel meer van geld dan van zijn medemens.

Voortdurend gestoei
Stiglitz: “Wat te denken van een Scrooge die ziekten kan genezen die het leven van duizenden mensen verwoesten, maar dat niet doet? Dat zouden we natuurlijk afschuwelijk vinden. Maar het gebeurt in toenemende mate in naam van de economie, onder het onschuldig klinkende mom van intellectuele eigendomsrechten.”

Wat is er mis met die intellectuele eigendomsrechten (IP)? Ze zorgen er toch voor dat een farmaceut de ontwikkelkosten voor het medicijn kan terugverdienen?

Dat is slechts een kant van de medaille, betoogt Stiglitz. Er zit ook een schaduwkant aan. IP geeft bedrijven de exclusieve controle over specifieke kennis. Dat leidt tot een monopolie en een beperkte beschikbaarheid van sommige medicijnen. Een van de gevolgen is het voortdurende ‘gestoei’ tussen dure, gepatenteerde medicijnen en goedkope generieke medicijnen. In zijn artikel vergeleek Stiglitz de jaarprijs van een medicijncocktail tegen aids: met generieke middelen kostte de behandeling op dat moment 130 dollar, met gepatenteerde medicijnen liep dit op tot 10.000 dollar.

Avastin en Lucentis
Sindsdien zijn er andere voorbeelden bijgekomen. Een in het oog springend conflict speelt momenteel rondom het gebruik van Lucentis, een duur geregistreerd geneesmiddel voor ‘natte’ maculadegeneratie. Er is een vergelijkbaar middel beschikbaar, Avastin, dat is geregistreerd voor darmkanker, maar door veel oogartsen tegenwoordig off-label wordt gebruikt voor maculadegeneratie. De prijs per injectie verschilt enorm; 35 euro voor Avastin tegen 1.100 euro voor Lucentis. De werkzaamheid lijkt hetzelfde, over het veiligheidsprofiel van Avastin is nog geen overeenstemming. Maar economisch gezien lijkt het profijtelijker voor de producent van Lucentis om Avastin nog even af te houden.

Vinden dergelijke afwegingen plaats ‘in de naam van de economie’ zoals Stiglitz dat stelt? Kennelijk wel, want zeer recentelijk – 21 oktober 2011 – deelde de Europese Commissie mee dat er een onderzoek komt naar Johnson & Johnson en Novartis. Beide bedrijven zouden concurrenten hebben betaald om te voorkomen dat er een goedkopere variant van een sterke pijnstiller wordt geïntroduceerd op de Nederlandse markt. Ook tegen de bedrijven Servier, Lundbeck en Cephalon heeft de Europese Commissie een onderzoek lopen.

Een Prijzenfonds?
Als de medicijnmarkt inderdaad een beetje ziek is, wat kunnen we daar dan aan doen? Stiglitz stelt die vraag ook en verwijst naar een Prijzenfonds, een idee van James Love. Daar wordt de prijs niet bepaald door de monopolist, maar door het algemene nut van het (nieuwe) medicijn. Een vaccin tegen malaria betekent een verbetering van de gezondheid van miljoenen mensen en moet daarom een ruime vergoeding krijgen uit het Prijzenfonds. Een nieuw medicijn dat net iets anders werkt dan een bestaand middelen heeft daarentegen veel minder ‘impact en krijgt dus ook minder uit de pot.

De problematiek die Stiglitz en Love beschrijven treft alle ‘spelers’ in de gezondheidszorg. De patiënt, die sommige medicijnen niet kan betalen. De zorgverzekeraars en de overheid, die de kosten proberen te beheersen met hun preferentiebeleid. De Inspectie voor de Gezondheidzorg die de kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg in de gaten houdt. De artsen die het beste medicijn voor hun patiënten willen gebruiken. En natuurlijk ook de farmaceutische industrie die voortdurend op zoek is naar nieuwe geneesmiddelen.

bron: UMC St Radboud

Symposium:
Beyond usual boundaries: Why a Medical Innovation Prize Fund Matters

18 november 2011, aanvang 12.30 uur. zie ook: www.paoheyendael.nl

Persvoorlichters bij het UMC St Radboud: 024-3618910, buiten kantooruren 06 512 914 46.

E-mailadres voor de media: umcstradboud@umcn.nl
Submitted by Redactie Medicalfacts/ Anke on 27 oktober, 2011