Het is een boodschap van hoop en ambitie die de knapste koppen onder de kankeronderzoekers dezer dagen uitdragen in het Californische Santa Monica. “Dit is de plaats waar het einde van kanker begint”, luidt het motto van de Amerikaanse organisatie Stand Up To Cancer (Sta Op Tegen Kanker), die de beste experts ter wereld bijeen heeft gebracht.
Woensdag is het ‘Wereldkankerdag‘.
Onder de vrijwel uitsluitend Amerikaanse deelnemers ook twee teams van het Koningin Wilhelmina Fonds, bestaande uit Nederlandse onderzoekers van UMC Utrecht, Hubrecht Instituut en het Nederlands Kanker Instituut (NKI).
De Nederlandse teams zoeken vooral via het ontleden van DNA naar de sleutels tot bestrijding van kanker. Het begin van het einde van kanker is tevens een mooi vooruitzicht voor de Wereldkankerdag, komende woensdag, 4 februari.
Over twintig jaar, zo voorspelde wetenschapper René Bernards (Nederlands Kanker Instituut) onlangs, is de ziekte op veel terreinen teruggebracht tot een chronische kwaal.
De overlevingsstatistieken leren echter dat de sterfte aan long-, alvleesklier-, slokdarm- en keelkanker nog altijd groot is.
Levensverwachting
Twintig jaar geleden was de gemiddelde levensverwachting van een longkankerpatiënt nog twaalf maanden, en met vijftien maanden nu is die amper toegenomen. Aan de andere kant: de overlevingscijfers na vijf jaar voor mensen die lijden aan borst-, prostaat- en darmkanker stijgen voortdurend.
Vier procent van alle Nederlanders leeft op dit ogenblik met kanker of heeft in het verleden kanker gehad. Het gaat om 290.000 mannen en 360.000 vrouwen. “We moeten omwille van de patiënten nog meer ambitie tonen”, meent Emile Voest van het NKI, lid van het KWF Dream Team.
“DNA-analyse kan ons helpen de juiste behandeling toe te passen en te voorkomen dat patiënten onnodig hoge doses chemo toegediend krijgen die toch niet werken.”
Volgens zijn collega Hans Bos, verbonden aan UMC Utrecht, is het glas in de kankerbestrijding half vol, niet half leeg.
Lees hier het volledige artikel.