Deze maand bestellen circa 9000 huisartsen griepvaccins bij de Stichting Nationaal Programma Grieppreventie (SNPG). In oktober en november enten zij daarmee circa 3,5 miljoen Nederlanders in, gezonde 60-plussers en patiënten met risicoaandoeningen zoals COPD, hart-vaatziekten en diabetes mellitus.
Het advies van de SNPG is elk jaar hetzelfde: ‘Bestel ongeveer zoveel vaccins als vorig jaar tenzij u veel overhield.’ Met een druk op de knop kiezen praktijkondersteuners het aantal vaccins en de gewenste afleverdatum. In september gaan de standaarduitnodigingen met een voorlichtingsfolder vrijwel automatisch de deur uit en te zijner tijd komt een busje de vaccins afleveren. Middagje prikken, uitnodigingsbrieven scannen en aan het eind van het jaar declareren. In 2014 kreeg de huisarts 10,46 euro per prik en dat is 1,43 euro meer dan voor een consult van 10 min. Het is allemaal routine, zoals zoveel in de zorg. De totale campagne kost elk jaar 57 miljoen euro.
Helemaal geruisloos is die vaccinatieroutine niet: al jaren is er een polemische discussie over het nut bij gezonde ouderen, en dit jaar was er niet alleen een lange griepgolf maar bleek het vaccin ook niet goed te matchen met het circulerende virus. Dat kan consequenties hebben voor de vaccinatiebereidheid en dus op het aantal te bestellen vaccins. Tijd om opnieuw naar de discussie over griep te kijken. Is het een strijd tussen gelovigen en ongelovigen? Hoe komen we verder?
De discussie
De discussie over influenzavaccinatie is een toneelstuk in vele bedrijven. Rond 1960 kwamen de Gezondheidsraad (GR) en Ziekenfondsraad (voorloper van het huidige Zorginstituut) met een advies over griepvaccinatie. De voorhoede van de huisartsen zag vaccinatie destijds ook als hun taak, maar de doelgroepen waren in vergelijking met nu zeer beperkt; slechts < 2% van de praktijkpopulatie. In al die jaren daarna vaccineerden huisartsen risicogroepen maar was er geen vast programma. De opkomst was met circa 28% in 1991 relatief laag.
In 1993 verschijnt de eerste NHG-standaard ‘Influenza’ met een sterk pleidooi voor vaccinatie: ‘De reductie van de morbiditeit wordt geschat op 70-80%.’ Bij ouderen is de reductie lager namelijk 30-70%. De complicaties ten gevolge van influenza worden echter bij ouderen met 70-80% gereduceerd.’ De standaard gaf geen absolute cijfers. In 1995 is er een kantelpunt waardoor in vrij korte tijd een landelijke organisatie ontstaat en alle huisartsen massaal gaan vaccineren. Inhoudelijke argumenten speelden daarbij vrijwel geen rol, politieke en financiële des te meer.
Lees hier het volledige artikel.