De diagnose door het pathologisch lab

Patholoog José van den Berg: ‘Longkankerpatiënten willen meestal weten of roken de oorzaak was, die mogelijkheid is er nu’
Op 26 augustus was het 300 jaar geleden dat Antoni van Leeuwenhoek stierf. In een nieuwe serie lopen *we (*verslaggevers van het Parool) mee met patiënten, artsen, verpleegkundigen en onderzoekers van het ziekenhuis dat is vernoemd naar de uitvinder van de microscoop en pionier in de microbiologie.

Deel 1: de diagnose door het pathologisch lab.
Met een grote zwaai doet José van den Berg de deur van het pathologische laboratorium open. Patiënten komen er nooit over de drempel, maar het werk in het lab is voor hen van groot belang. De belangrijkste vraag die Van den Berg en haar 120 medewerkers beantwoorden: heeft iemand kanker? Onderzoek van lichamelijk weefsel en cellen geeft uitkomst. Jaarlijks rollen er zo’n 20.000 diagnoses uit het lab.

“Kijk, dit is een vetschort, een soort net dat over de darmen ligt,” zegt Van den Berg. Ze wijst op een gelige structuur met inktvisachtige uitlopers op de snijtafel. “Dit vetschort is nog op lichaamstemperatuur, want de chirurg heeft ’m een kwartier geleden uit de buik gehaald van een vrouw met eierstokkanker. De patiënt zelf is nu nog onder narcose. De vraag van de behandelend arts is of er uitzaaiingen te vinden zijn in het vetschort.”

Lees hier het volledige artikel.