Gemeenten gaan Beschermd Wonen fundamenteel anders uitvoeren dan in het oude AWBZ-stelsel gebruikelijk was. ‘In plaats van een hek om mensen heen zetten, gaan we ze zoveel mogelijk in de thuissituatie ondersteunen als het nodig is, op het moment dat het nodig is.’ Dat zegt voorzitter Erik Dannenberg van de commissie die het advies ‘Van beschermd wonen naar een beschermd thuis’ heeft uitgebracht.
De commissie onder leiding van Dannenberg adviseert de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) over drie aspecten van Beschermd Wonen. Over wat de algehele visie over Beschermd Wonen is, hoe de middelen verdeeld moeten worden en hoe het tijdspad er uit ziet.
Visie
‘De visie is het belangrijkste. Ruim 30.000 mensen maken gebruik van deze voorzieningen en voorheen bestond dat vooral uit bescherming en dagbesteding in instellingen. Nu gemeenten verantwoordelijk zijn willen we er veel meer voor zorgen dat deze mensen zo lang mogelijk normaal kunnen participeren in de samenleving. Gemeente zijn natuurlijk wel verantwoordelijk voor hulp en ondersteuning op het moment dat deze mensen in de problemen komen. Het gaat om een kwetsbare groep met een forse zorgvraag. Het doel moet zijn om burgers zo veel mogelijk actief mee te laten doen en zo min mogelijk weg te stoppen in instellingen en dergelijke. We moeten daarom in staat zijn om preventief hulp en ondersteuning te bieden voordat mensen zodanig in de problemen komen dat ze niet meer thuis kunnen wonen.’
Lees hier het volledige artikel.