Het kabinet stuurde de VNG op 29 januari een brief over de decentralisatie van zorgtaken. De brief is een reactie op de VNG-ledenraadpleging. Het kabinet laat zien dat er sprake is van een gedeelde verantwoordelijkheid voor de transitie en dat die niet uitsluitend bij gemeenten ligt.Dat is mooi, maar de zorgen van de gemeenten zijn met de brief niet meteen weggenomen. De praktijk moet uitwijzen of gemeenten straks de ambities met de decentralisaties voor hun inwoners daadwerkelijk waar kunnen maken. Aldus de eerste reactie van de VNG op de brief.
Stappen kabinet
Voor wat betreft de samenwerking met zorgverzekeraars, de noodzakelijke regie en de gewenste overgangsmaatregelen zet het kabinet de volgende stappen.
De gemaakte afspraken worden over de jaren 2015-2017 gemonitord op inhoud en financiën. Als knelpunten ontstaan, zegt het kabinet hierop de nodige maatregelen te nemen. (Dit bovenop de eerdere toezegging door staatssecretaris Van Rijn van € 200 miljoen incidenteel extra in 2015 en € 200 miljoen structureel extra vanaf 2016.)
De vrijblijvendheid in de samenwerking met zorgverzekeraars wordt beperkt door de positie van de wijkverpleegkundige in de sociale wijkteams te borgen in zowel de aanspraak (op grond van de Zvw) als in de financiering (in de beleidsregels NZa).
Het kabinet neemt de regie over de decentralisaties ter hand: minister Plasterk (BZK) richt een bestuurlijke regietafel in waar de gemeenten in gesprek kunnen met het kabinet. Aan de regietafel wordt onder andere gesproken over dossieroverstijgende knelpunten zoals BTW-vraagstukken, informatiebeleid en een kennis- en democratiseringsagenda.
Lees hier het volledige artikel.