Patiënten met een vorm van kanker aan het spijsverteringskanaal leven gemiddeld langer als ze dagelijks aspirine slikken. Dat blijkt uit een Nederlandse studie waarover arts-onderzoeker Martine Frouws (Heelkunde) afgelopen weekend een poster presenteerde op het Europees Kanker Congres (ECCO) in Wenen.
Bij het onderzoek, dat Frouws coördineerde, waren bijna 14.000 patiënten met een vorm van kanker in het spijsverteringskanaal betrokken; het waren voornamelijk patiënten met slokdarmkanker, maagkanker, dikkedarmkanker of endeldarmkanker. De onderzoekers volgden deze patiënten gemiddeld ruim vier jaar. Vijf jaar na diagnose was 75 procent van de patiënten die aspirine gebruikten nog in leven, in tegenstelling tot 42 procent van de patiënten die geen aspirine hadden gebruikt.
De onderzoekers vergeleken het geneesmiddelengebruik en de overleving van deze mensen, rekening houdend met geslacht, leeftijd, stadium van de ziekte en gegeven behandeling. Daaruit bleek dat mensen die na de diagnose dagelijks aspirine slikten gemiddeld een betere overleving hadden. De kans dat ze vijf jaar na diagnose nog leefden was voor hen dubbel zo groot als voor mensen die geen aspirine gebruikten.
Lees hier het volledige artikel.