Toepassing van diagnostiek conform de richtlijnen voor heup- en knieartrose kan ongeveer 14 miljoen euro aan onnodige kosten besparen. En vermijden van ongepaste plaatsing van knie- en heupprotheses kan 34 miljoen euro aan besparingen opleveren. Dit staat in het ‘verbetersignalement’ ‘Zorg bij artrose van knie en heup’ van het Zorginstituut Nederland.
Geregeld worden bij patiënten met knie- of heupartrose diagnostische scans of kijkoperaties uitgevoerd, terwijl dat volgens de richtlijnen slechts bij uitzondering noodzakelijk is. Volgens de richtlijnen kan vaak met voldoende zekerheid worden gevaren op het klachtenpatroon van de patiënt en op lichamelijk onderzoek. Toch waarderen, aldus het rapport, tal professionals en patiënten de bevestigende röntgenfoto en vinden ze die zelfs onmisbaar.
Volgens het rapport moet verder stepped care een grotere rol gaan spelen in deze orthopedische zorg; een deel van de patiënten zal dan namelijk kiezen voor een lichtere behandeling. De nu nog beperkte aandacht voor stepped care in de Nederlandse richtlijnen is vermoedelijk mede debet aan problemen bij de implementatie ervan in eerste en tweede lijn. Zo heeft een Nederlandse studie aangetoond dat bij 81procent van de patiënten die zijn doorverwezen naar een orthopeed, conservatieve behandelopties niet voldoende of helemaal niet zijn aangeboden.
Lees hier het volledige artikel.