Androgyne hersenen goed voor mentale gezondheid?

Het is een kwestie waar al onnoemelijk veel inkt over is gevloeid: de verschillen tussen de hersenen van mannen en vrouwen. Britse wetenschappers stellen nu dat de helft van de bevolking ‘androgyne’ hersenen heeft, tussen mannelijke en vrouwelijke uitersten in. Dat zou hen minder gevoelig maken voor mentale gezondheidsproblemen, zoals depressie en angst.

Er zijn maar weinig punten in het debat over mannen- en vrouwenhersenen waar alle experten het over eens zijn. Het staat alleszins vast dat hersenen van mannen gemiddeld zo’n 10% groter zijn dan die van vrouwen, wat wel helemaal niet wil zeggen dat ze slimmer zijn. Veel mythes zijn ook al duidelijk weerlegd, zoals het foutieve idee dat vrouwen een bredere hersenbalk hebben – het deel dat beide hersenhelften verbindt – en daardoor beter kunnen multitasken.

In 2015 stelde een studie, geleid door Israëlische onderzoekers, onomwonden dat eigenlijk maar een heel klein percentage van de bevolking een uitgesproken mannelijk of vrouw brein heeft. De overgrote meerderheid zou een ‘mozaïekbrein’ hebben, met zowel mannelijke als vrouwelijke kenmerken.

Androgyne hersenen
Wetenschappers van de Universiteit van Cambridge in het Verenigd Koninkrijk concluderen in een nieuwe studie echter dat ongeveer de helft van alle personen wel degelijk een eerder mannelijk of vrouwelijk brein heeft. De andere helft heeft, in hun woorden, androgyne hersenen. Hun hersenkenmerken bevinden zich tussen de mannelijke en vrouwelijke polen.

Lees hier het volledige artikel.