De mens dankt zijn evolutionaire succes aan zijn goede stel hersens. Maar die triomf van de intelligentie had zijn prijs: alzheimer. Dat concluderen Chinese genetici uit een analyse van het DNA van negentig hedendaagse mensen.
Ooit heeft de mens een grote sprong voorwaarts gemaakt, schrijven de Chinezen in hun artikel dat ze deze maand op de preprint-site BioRxiv hebben geplaatst. Uit hun analyse blijkt dat ergens tussen 50.000 en 200.000 jaar geleden zes genen die betrokken zijn bij de ontwikkeling van het brein, door natuurlijke selectie zijn veranderd. Die genen zorgden voor meer verbindingen tussen de neuronen in de hersenen, waardoor de mensen slimmer werden en veranderende omstandigheden beter de baas waren.
De Chinezen bestudeerden het DNA van negentig mensen met Afrikaanse, Aziatische of Europese wortels en keken of ze daar patronen in konden ontdekken, clusters van genetische veranderingen die bijvoorbeeld wel in de Europese lijn zitten, maar niet in de Aziatische. Zo probeerden ze te herleiden wanneer die veranderingen hadden plaatsgevonden.
Natuurlijke selectie
Dat wordt vaker gedaan maar meestal kunnen wetenschappers dan niet verder terugkijken dan zo’n 30.000 jaar. Dat komt doordat allerlei processen door elkaar spelen. Als bijvoorbeeld de groepen die destijds Afrika uittrokken heel klein waren, heeft dat een vergelijkbaar effect op de patronen als natuurlijke selectie. De genetici omzeilden dit probleem door schattingen te maken voor die groepsgroottes. Daardoor kwam de natuurlijke selectie als vanzelf bovendrijven.
Lees hier het volledige artikel.